Situering van het advies
In 2010-2011 heeft in de schoot van de seniorenraad een werkgroep zich gebogen over de vraag of het niet mogelijk zou zijn de toekenning van de lokale mantelzorgpremie dermate te heroriënteren dat een grotere doelmatigheid, een grotere efficiëntie en zo mogelijk ook een vereenvoudiging van het toekenningsreglement kon bereikt worden.
Na goedkeuring ervan door de algemene vergadering van 14 april 2011 bezorgde de seniorenraad bij brief van 2 mei 2011 een aangepast reglement aan het OCMW.
Bij schrijven van 15 december 2011 betoonde het OCMW zijn waardering voor het geleverde werk maar toonde meteen cijfermatig aan dat de financiële weerslag van de eventuele toepassing van het gesuggereerde nieuw reglement een onhaalbare kaart was.
Naar aanleiding van de vaststelling dat het opdoeken van de provinciale premie ingevolge bevoegdheidswijzigingen, niet alleen afbreuk doet aan de noodzakelijke waardering van de mantelzorg, maar tegelijkertijd ook een aanzet zou moeten zijn voor een compenserende inzet vanuit de lokale besturen, heeft de seniorenraad begin 2014 besloten om het dossier opnieuw op tafel te leggen.
Na verscheidene vergaderingen en een aftoetsen door de plenaire vergadering van de beoordelingselementen waaraan een lokaal reglement zou moeten voldoen, werd op 2 oktober 2014 onderhavig advies goedgekeurd.
HET ADVIES
1. De seniorenraad wenst het belang van mantelzorg te benadrukken. De vermaatschappelijking van de zorg met een grotere verantwoordelijkheid voor de zorgzoekende en zijn omgeving, waarop momenteel breed gefocust wordt, is zonder twijfel een uiterst belangrijke tendens. Als prioritaire doelstelling houdt dit in dat zorgbehoevende personen moeten gestimuleerd worden om zo lang mogelijk in hun vertrouwde omgeving te kunnen blijven. Dit leidt ontegensprekelijk naar een verhoogde nood aan begeleiding bij de thuisopvang van zwaar zorgbehoevende personen. En naast een nog betere uitbouw van de noodzakelijk professionele omkadering, weegt een sterke complementariteit vanwege de mantelzorg zwaar door. Mantelzorgers verdienen in de toekomst nog meer dan in het verleden, onze waardering en onze steun.
2. Het toekennen van een mantelzorgpremie vanuit de lokale overheid is uiteraard slechts 1 aspect van die waardering. En de inzet van mantelzorgers is zeker niet ingegeven of wordt niet beïnvloed door het bestaan van een premie of door de hoogte van dergelijke premie. Eigenlijk gaat het om een bepaalde vorm van symboliek waardoor de bevolking uiting geeft van dankbaarheid voor diegenen die in het huidig maatschappelijk bestel daadwerkelijk bewijzen dat een liefdevolle en onbaatzuchtige hulp en bijstand geen restanten van een ver verleden zijn.
3. De seniorenraad heeft een aantal toekenningscriteria opgelijst die zouden kunnen deel uitmaken van een geactualiseerd reglement :
3.1. Alhoewel er argumenten voorhanden zijn om de premie te laten variëren in functie van de graad van zorgbehoevendheid opteert de seniorenraad er toch voor om het uniek forfaitair karakter ervan te behouden;
3.2. Een belangrijk element is het vastleggen van de notie “zorgbehoevendheid” . De seniorenraad wenst hier evenwel geen stelling in te nemen maar hoopt toch dat de lokale overheid voldoende oog zal hebben voor een brede invulling ervan.
3.3.Het potentieel recht op de premie ontstaat wanneer de zorgbehoevende de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt.
3.4. De inkomensgrens die gehanteerd wordt, slaat op de zorgbehoevende en niet op de mantelzorger;
3.5. De voorwaarde van een familieband is niet relevant;
3.6. De zorgbehoevende moet in Oudenaarde gedomicilieerd zijn;
3.7. De zorgbehoevende en de mantelzorger moeten niet op hetzelfde adres wonen;
3.8. De mantelzorgpremie kan niet worden toegekend indien de zorgbehoevende opgenomen is in een woonzorgcentrum;
3.9. Een minimum aantal uren mantelzorg per week is vereist;
3.10. In het zorgproces moet een professionele zorgverlener op structurele basis betrokken zijn;
3.11. De combinatie van de mantelzorgpremie met de zorgverzekering is toegelaten;
3.12. Indien de mantelzorg verleend wordt door meerdere mantelzorgers kunnen die elk een gedeeltelijke premie ontvangen;
3.13. De premie zou minstens 25 euro per maand/300 euro per jaar moeten bedragen;
3.14. De premie moet uitgekeerd worden aan de mantelzorgers.
4. De seniorenraad hoopt met dit advies een aanzet te kunnen geven voor een actualisering van de lokale mantelzorgpremie en houdt zich ter beschikking om samen met de bevoegde diensten en politieke verantwoordelijken, de eventuele hinderpalen voor de implementatie van een nieuw reglement verder te onderzoeken |